Frans Fritschy

Lennart Ootes maakte in 2016 de volgende foto van het werk van Frans Fritschy in de speelzaal:

Harry Gielen trof Fritschy in de handen van arbiter Mark Huizer bij het verbeteren van het kleedje onder het beeld.

Frans Fritschy (1920–2010) was een Rotterdamse kunstenaar. Een groot deel van zijn beroepsleven was hij docent beeldhouwen en anatomie op de Rotterdamse Academie voor Beeldende Kunsten. Hij was een van de vele Nederlanders die, nadat Euwe in 1935 wereldkampioen was geworden, lid werden van een schaakvereniging. Het schaakspel was niet zijn belangrijkste thema, maar hij heeft wel enige werken met dit onderwerp gemaakt. Twee hiervan zijn op deze tentoonstelling te zien.

Het beeld ‘De analyse’ (1976) is gebaseerd op een gebeurtenis tijdens de Tweede Wereldoorlog, bij de Rotterdamse schaakvereniging RSR waar Frans Fritschy toen lid van was. Hij vertelt erover in het blad ter gelegenheid van het zestigjarig bestaan van die vereniging in 1979:

‘… Het gebeurde toen wel dat tijdens het spel plotseling het licht werd uitgedraaid omdat er Tommies (Engelse vliegtuigen) boven de stad werden gesignaleerd. Dat gebeurde ook toen een aantal leden om het bord gegroepeerd was, bezig met een interessante analyse. Plotseling roept er één: “Ik zie de oplossing” en op hetzelfde moment viel het licht uit. Door telkens een lucifer aan te strijken kon hij echter bij het licht ervan aantonen dat zijn oplossing juist was…’

Hij heeft de setting wel naar de jaren zeventig verplaatst; zie de haardracht van vier van de schakers. Hoewel hij nooit kaal is geworden, zou de vijfde persoon hemzelf kunnen voorstellen; hij was een verwoed sigarenroker. De stelling op het bord is in ieder geval uit een door hemzelf gespeelde (en gewonnen) partij waar hij zeer trots op was. Zijn tegenstander beweerde zeker te zijn de afgebroken stelling remise te kunnen houden, want hij had hem met Hans Böhm geanalyseerd.

Tot halverwege de jaren zestig was Frans Fritschy vooral een traditionele, katholieke kunstenaar, en met enige fantasie zou je in ‘De analyse’ een kerstgroep kunnen zien: Maria en Josef aan het schaakbord/de kribbe met drie wijzen eromheen. Hij werkte toen vooral met traditionele materialen als hout, steen en gebakken klei (terracotta). Vanaf die tijd ging hij steeds meer werken met andere materialen, zoals messing en Perspex. Het werk wat hijzelf als zijn beste beschouwde, ‘Schaaksimultaan’, gebruikt die materialen. Zie voor een beschrijving hiervan http://www.chessvibes.com/?q=a-sculptor-on-chess. Vanwege de kwetsbaarheid ervan kon dit werk helaas niet op deze expositie getoond worden.

Een ‘spin-off’ is hier wel aanwezig. Hij was in 1971 voorzitter geworden van schaakvereniging RSR/Ivoren Toren en voor hun jaarlijkse toernooi vervaardigde hij in 1979 een wisselprijs. Het gaat hier om een vitrine met daarin een voorstelling van twee schakers bezig met een partij, uitgevoerd in messing (de zwarte stukken zijn in roodkoper). De winnaar van het toernooi mocht zijn favoriete stelling op het bord laten zetten (de stukken zijn voorzien van schroefdraad). Hij was in deze tijd nog aan het experimenteren met het materiaal; de twee schakers hebben nog niet de losheid van vorm als de figuren in de ‘Schaaksimultaan’.

Er staan zes namen van toernooiwinnaars in de messing rand van de bodemplaat gegraveerd: tweemaal Roy Dieks en Erik Knoppert, eenmaal Frans Koevermans en Ad van den Berg. Na zes jaar kwam er een einde aan het toernooi.